vrijdag 4 september 2009

Zomerslaap?

Deze blog heeft even heel heel heel stil gelegen. 3 maanden stilte, voor een blog komt dat zowat neer op klinische dood. Af en toe vroeg ik me af of ik niet iets 'moest' schrijven. Maar neen, het hoefde niet van mezelf, ik besloot te wachten op de spontane schrijfkriebel en daar is hij weer. Misschien denk je: 'Een blog over een school, toch logisch dat daar in de zomer niet veel in te vertellen valt'. Wel, naar mijn gevoel is er tussen mijn laatste entry en nu heel veel gebeurd.
De maand juni herinner ik me als hectisch en bijzonder zwaar. We hadden een vernieuwd Juridisch Comité met voor het eerst JC-coördinatoren verkozen door de schoolgemeenschap. Op zich een geweldige evolutie, maar verandering kost energie. De coördinatoren ontdekten dat hun taak een grote verantwoordelijkheid inhoudt, dat jongere studenten niet zomaar zonder slag of stoot de verschuiving in hun positie binnen de school aanvaardden, dat stafleden hen soms iets te weinig tijd gunden om in hun rol te groeien (mea culpa) en dat je als coördinator gezegend moet zijn met geduld, wijsheid en mensenkennis. We sloten het jaar af met soms woelige JC-zittingen en een paar schorsingen.
Los daarvan was er nog genoeg wat afgewerkt moest worden, hadden we net voor de start van de zomervakantie een geslaagde bezoekdag en voelde ik de vermoeidheid van een lang schooljaar op me wegen. Eigenlijk crashte ik zowat de zomer in. Toen ik eind juli na een maand heerlijk vakantie houden en uitrusten opnieuw de eerste gedachten richting Leerhuis liet gaan, voelde ik dat mijn 'goesting' op een laag pitje stond. Onrustbarend laag. Ik besloot er niet overheen te walsen, niet meteen te gaan plannen maken voor een nieuw schooljaar, maar wel tot op de bodem van mijn onvrede te duiken. Toen ik weer boven water kwam, was dat met nieuwe energie en heel veel inspiratie.
Het eerste wat ik besefte was dat ik mezelf al jaren aan het investeren ben in het Leerhuis op een manier die fysiek en mentaal ondermijnend is. Vanuit de gedachte 'ik moet de school overeind houden, we moeten groeien, het is nu eenmaal heel veel werk, enz'. Misschien kan ik het vanaf nu het Sudbury-martelaarschap-syndroom (SMS) noemen, zodat ik het beter herken als het nog een keer de kop opsteekt. Ik besloot me van het SMS te ontdoen, ik schreef voor mezelf mijn maximale engagement op, mailde het door aan de collega's en dat was dat. Knop omgedraaid.
Verder liet ik al mijn twijfels toe over het functioneren van de school. Voor de buitenwacht lijkt het waarschijnlijk alsof ik als oprichter en pleitbezorger van het Leerhuis een onwankelbare Sudbury-adept ben, maar er zijn altijd naast de vele magische momenten op school ook momenten geweest dat ik het concept niet zag werken, voor mezelf of voor de studenten. Ik schreef die dan toe aan het feit dat ik tenslotte uit traditoneel onderwijs kwam en nog een pak blokkades in mezelf te overwinnen had, of dat de studenten hun zin en richting in de school nog niet hadden gevonden en alles wel terecht zou komen. Doorheen de zomer raakte ik dat kwijt. Ik kwam tot het besluit dat als het Sudbury-concept - met SVS als grote voorbeeld en de uitgebreide literatuur erover - in plaats van een levendige inspiratie een soort carcan voor me werd, in de zin van 'dit is niet Sudbury, dat kan dus niet in onze school' of 'hier wijken we af van het concept', dat er dan iets grondig fout zat. Hoewel het misschien een beetje paradoxaal lijkt, kon ik tot dat besluit komen door mijn eigen bezoek aan Sudbury Valley. Ik heb een geweldige school zien werken met een team prachtige, bezielde mensen, het was absoluut zoals ik het me had voorgesteld, maar stilaan drong het tot me door: Sudbury is Sudbury en het werkt daar omdat je alle omstandigheden, mensen en andere factoren hebt die je er hebt. SVS is onherhaalbaar, het vertoont de bijzondere kracht van een uniek initiatief. En ik wist plots dat het voor mij niet langer zou werken om na te volgen, te imiteren, discussies te wijden aan wat Sudbury is en wat niet, dat door telkens weer te onderzoeken hoe een van buitenaf ingevoerd concept werkt ik zonder het te beseffen mijn eigen kracht kwijtraakte. Het Leerhuis is niet SVS, onze setting en omstandigheden zijn totaal anders, maar we hebben sterktes en mogelijkheden in huis die we beter zo goed mogelijk benutten. Ik merkte dat het mij ook uitputte alsmaar weer de verdediger van een soort versterkte vesting te zijn: om tegenover onbegrijpende ouders en een licht tot zwaar afwijzende buitenwacht het oh zo moeilijke Sudbury-concept telkens weer te moeten verdedigen en uitleggen. Ik vroeg me af waar ik mee bezig was als zelfs een groot deel van de ouders die zich aangetrokken voelden tot de school of ervoor kozen zoveel moeite hadden om ze te begrijpen.
En dan waren er nog mijn ervaringen met de studenten. Ik heb in die 2,5 jaar school mooie dingen zien gebeuren, maar ook hele zware, emotionele. Natuurlijk hoort dat erbij, het is inherent aan de school dat studenten in confrontatie gaan met zichzelf en zo hun identiteit vormen, maar bij sommige processen had ik twijfels, kreeg ik het gevoel dat er grenzen bereikt werden en dat het schoolconcept ook een kern van hardheid in zich heeft waar ik persoonlijk geneigd ben om meer zorg toe te passen.
Ik begin aan het schooljaar met het verlangen dat de school uitgroeit tot een lerende organisatie: met een sterk fundament dat de basiswaarden bevat waaraan niet zomaar kan worden getornd, en daarnaast met open geest en wijdopen oren, open voor evoluties binnen de schoolgemeenschap, open voor de stem van ouders. En vooral: vrij van de angst om 'niet Sudbury' te zijn en gezegend met het vertrouwen om op en top Leerhuis te zijn.
We zijn het nieuwe schooljaar ingegaan met 'Leerhuis in Reflectie' op de agenda: de komende maanden zal er in de schoolgemeenschap, in het team, met de ouders worden gepraat en nagedacht op welke manier het Leerhuis een betere en sterkere school kan worden. Daarover zal hier zeker meer te lezen vallen.
Als het een zomerslaap was al die stille blog-maanden lang, dan was het zeker een deugddoende!